Blaffende koeien bijten niet (XXVIII)

Wat voorafging: er ligt een oude vrouw in het ziekenhuis. Haar kleinzoon is op een feest en heeft het in zijn hoofd gehaald een toespraak te willen houden. Zal men hem laten uitspreken?

"Dames en heren", zei Jan, terwijl alle ogen vol aandacht op hem gericht waren. "Nu ik uw aandacht heb, wil ik daar graag even misbruik van maken. Zou om te beginnen even iemand die klereherrie af willen zetten? Ik kan mijzelf nauwelijks horen denken." Hij liep naar de keuken en in de inmiddels gevallen stilte liep iedereen vanuit de gang achter hem aan, waardoor het plotseling stampende vol leek en was. Jan stapte via een van de ouderwetse stevige houten keukenstoelen op de wankele tafel. Zoekend naar zijn evenwicht schopte hij een paar schalen met sauzen en wat mandjes stokbrood op de grond. "Dan hadden jullie maar door moeten eten", zei hij, "wijze les nummer één."

"Goed. Om te beginnen wil ik de initiatiefnemers van deze reünie hartelijk bedanken voor hun fijne initiatief. Ik weet niet of ze hier in de keuken staan of dat ze er inmiddels tussenuit genaaid zijn en in het café op de hoek zitten, als dat café nog bestaat, want ik ken ze namelijk niet, en ik vraag me af hoe ze aan mijn adres gekomen zijn, maar dit terzijde. Een hartelijk applaus voor de organisatie." Er ging een applausje door de keuken. "Het is wel jammer dat er maar zo weinig mensen zijn komen opdagen. Van mijn toenmalige medebewoners heb ik er maar twee gezien en natuurlijk zijn alle huidige bewoners aanwezig, al was het maar om te voorkomen dat hun kamers tijdens hun afwezigheid worden leeggeroofd door voorgangers die niet alle sleutels hebben ingeleverd. Aangezien we maar met zijn zestigen in totaal zijn, zijn er dus honderden mensen niet. Laat ons boeroepen." Er werd boe geroepen.

"Fijn zo. Voor het overige heb ik kunnen constateren dat het huis er nog net zo bijstaat als toen ik het jaren geleden verliet, afgezien van de nieuwe deurbellen en de constateerbare veroudering. De bierkast is nog de bierkast, de gangen en de trappen zijn nog steeds niet schoongemaakt en het fornuis, dat nog enige witte plekken vertoonde toen ik het voor het laatst zag, is nu volledig bruin met zwart. Hulde, hulde. Studenten moeten niet schoonmaaken, studenten moeten studeren. Schoonmakers moeten schoonmaken, ieder zijn vak. Schoonmaker blijf bij je leest en dat werk. De spochtvlekken op de muren zijn het bewijs: dit huis heeft in de loop der jaren louter genieën voortgebracht, en ook de huidige generatie is op de goede weg. En voor de Brabanders onder ons, spocht schrijf je niet met een er, maar met see haa."



18-12-2005 17.47 | Door: Een Schrijver

Reacties

Het reactieveld bij dit onderwerp is gesloten. Mocht u nog iets aan de discussie toe te voegen hebben, dan kunt u reageren via reacties@opinieleiders.nl of op het Opinieleidersforum.



Opinieleiders.nl © 1999 - 2021 Alle rechten voorbehouden
Contact   Valid XHTML 1.0 TransitionalValid CSS!KuijkStrip over de zinloosheid van webloggen, onder andere